Tachtig plus

Ik ben tachtig plus
en zo goed als vergaan
Ik kan niets meer
nog geen krant vasthouden
op- of openvouwen.
Overeind komen
staan, bukken
zitten, liggen
alles doet pijn.

Maar nee!
Leg me aan alle apparaten
geef me een nieuwe hartklep
nier, lever, vervang mijn heup
aderen, bloed, hang me aan slangen
vul me met pillen tot hier, spuit me vol.
En ja! Wat geen leven meer is
zet nóg de dood in de wacht.

 

Deze mens die niet wil sterven
dood zal hij moeten.
Nutteloosheid is onverteerbaar
anti-natuurlijk.

Wij kunnen dit niet approberen
’t is onverantwoord, – maatschappelijk.

De wachtlijst wordt daar ingezet
– zo van:
“Alle apparaten zijn bezet.
Heus!
We kunnen niet helpen.
Helaas!
Geen hartklep, heup, en hulp dus.”

Ons artsen is een taak beschoren.
Wij zijn bewakers van
’t Belang
met wijsheid en gezond verstand:
laat de dood zijn werk doen.

Er is een grens aan elk land.
Het Levensland moet niet worden
o  p  g  e  r  e  k  t
voorbij de grens van
D  o  d  e  n  l  a  n  d.

Doktoren zouden zijn
bewakers van
’t Belang
met wijsheid en
gezond verstand.

Mary Yu Wáng (5-4-2017; 8-6-2022)


2022  /  Pœzie  /  Teksten