Overdag
ben ik nuchter
doch ’s avonds
komt het delirium
met het vallen van de nacht
– noch voor ik dronken
en weet niet meer
wie ik ben,
wat de dag was.
Heb ik niet het goud in de mond
geproefd van de ochtendstond
ben ik niet opgestaan om
het gloren van zonnestralen te zien
maar om een vertrokken trein te halen
overdag.
Anne Nyemus (1973)