Herinnering

Over donkerbruin
en bruinrood
van huizen
daken
dwaalt mijn hart
naar het plotselinge blauw
kortdurend zilverblauw
waarin wolken
spierwit van zonverlichting
dralen.

Onder deze hittekleuren
dwaalde eens een vlasblond
joch
met warmgestoofde voeten
van het lopen op
hete blote keien.

Ik krijg heimwee
naar de warmte van
ver liggende keien
voel tederheid voor het
joch, dat ooit misschien
aan mijn hand zal lopen
(vol vertrouwen).

Ik heb heimwee
naar de natuurlijkheid van
de jongen en zijn omgeving
naar de natuurlijkheid waarmee
hij wolken lucht en stenen aanvaardde
en zichzelf.

Anne Nyemus (1973)


1973  /  Pœzie  /  Teksten