Meerkoetfamilie – Jacob van Lennepkanaal, Amsterdam (21 mei 2022, 8 uur)

MEERKOETEN dieren-en-planten.nl
Deze zwarte watervogel met zijn witte snavel en witte ‘bles’ heeft een groot verspreidingsgebied. Ook in Nederland komt hij algemeen voor.
Om zijn voedsel te bemachtigen – voornamelijk waterplanten en kleine waterdieren – duikt de meerkoet veelvuldig. Zijn poten hebben eigenaardige zwemvliezen. Deze zitten niet tussen de tenen maar elke teen heeft aan weerszijden een flap. Bij een achterwaartse beweging van de poot gaan de flappen wijd uit staan. Wordt de poot naar voren bewogen, dan klappen de flapjes weer dicht.
In de paartijd zijn meerkoeten vaak agressief naar soortgenoten of belagers. Mannetje en vrouwtje bouwen samen een nest, meestal tussen het riet. Ze broeden om beurten en brengen ook samen de jongen groot. De jongen verlaten al als ze een paar dagen oud zijn het nest. Het zijn dan grappige zwart-donzen bolletjes met een rood gezichtje. Na acht weken zijn ze volledig zelfstandig.
De meerkoet behoort tot de familie van de rallen. Het zijn zwarte vogels met een witte snavel en een soort schild op hun voorhoofd. Ze duiken veel en zijn steeds op zoek naar waterplantjes. Vliegen doen ze niet graag en vluchten soms al rennend over het water. Toch kunnen ze grote afstanden afleggen als ze op trek gaan. Naast de plantjes eten ze ook waterinsecten en weekdiertjes.
Hun nest bouwen ze aan de waterkant van riet en waterplantjes. Jammer genoeg stoppen ze er ook plastiek en afval tussen dat ze op het water vinden. Het vrouwtje legt tussen de 5 en 10 eieren die na 25 dagen broeden uitkomen. Mama en papa zorgen goed voor hen tot ze na 8 weken kunnen vliegen. Maar er liggen vele vijanden op de loer zoals de reigers en de meeuwen. Als geen enkel jong het overleeft, dan beginnen de ouders gewoon opnieuw. Je vindt de vogels in Europa, Noord-Afrika Australië en Azië. Bij ons komen ze vaak voor. Sommige mensen noemen de meerkoet ook de waterkip.